Cultuur doet er toe

We waren er net aan gewend. Over cultuur werd smalend gesproken. Linkse hobby voor een elite die best meer kan  dokken voor een kaartje. Culturele instellingen die verslaafd zijn geraakt aan subsidie en kunstenaars die niets anders kunnen dan graaien en hun hand ophouden. Geen woord van treurnis over de forse bezuiniging op het toch al beperkte landelijke budget voor cultuur. Nee, die bezuiniging zou het kaf van het koren scheiden en leiden tot meer cultureel ondernemerschap.

Onze nieuwe minister Jet Bussemaker slaat een andere toon aan. Zij benadrukt het belang van cultuur en zij wil dat zoveel mogelijk mensen deel kunnen hebben aan culturele activiteiten.  Zij laat zien dat zij het betreurt dat sommige instellingen zullen verdwijnen door bezuinigingen. Duidelijk is dat zij probeert wegen te vinden om sommige beslissingen te verzachten. Zo mag Loevestein toch open blijven voor het publiek en krijgt het Gelderse jeugdtheatergezelschap Kwatta een bedrag om frictiekosten op te vangen. Het ziet er allemaal weer wat vriendelijker uit voor cultuur al zal er aan de eerder genomen besluiten uiteindelijk niet zoveel veranderen.

Ook door onze eigen provincie wordt bezuinigd op cultuur. En dat doet op veel plaatsen pijn. Instellingen krijgen minder subsidie of helemaal geen subsidie. Lang blijft onduidelijk of de provincie nog over de brug komt en met hoeveel. De PvdA-fractie Gelderland probeert – en dat met enig succes – besluitvorming te versnellen en de kaalslag een beetje te voorkomen. Maar wij kunnen niet veel meer doen dan hier en daar een pleister plakken. Ook in onze provincie zullen instellingen het hoofd niet boven water kunnen houden. .

Er zijn ook spannende nieuwe ontwikkelingen. Culturele instellingen gaan meer samenwerken en tonen vormen van ondernemerschap die we enkele jaren geleden voor onmogelijk zouden hebben gehouden. Dat neemt niet weg dat we goed in de gaten blijven houden wat er gebeurt.

Bibliotheekvoorzieningen verdwijnen uit kleine kernen, muziekscholen sluiten en onze culturele ondernemers verhogen – ze kunnen niet anders – de prijzen van hun kaartjes.

Deze ontwikkelingen zijn juist voor sociaal-democraten onverteerbaar. Het ontneemt mensen met een smalle beurs mogelijkheden om deel te hebben aan cultuur. Muziek op school en de muziekschool gaven veel kinderen de kans om kennis te maken met muziek, met instrumenten, met het plezier dat je eraan kunt beleven als je zelf muziek maakt, alleen of met anderen. Het verdwijnen van bibliotheekvoorzieningen betekent voor delen van de bevolking dat zij de kennismaking  met allerlei soorten literatuur niet meer kunnen betalen. En een kaartje voor het Gelders orkest van € 40.- is voor velen een onbereikbare  luxe.

De PvdA blijft alert. Cultuur doet er toe, ook en misschien juist voor sociaal-democraten.

Mijnke Bosman

Statenfractie PvdA, woordvoerder cultuur